woensdag 18 juli 2012

Zwarte kaart

Zomertijd, komkommertijd? Dacht het niet. De zwarte mannen stomen door. Zoals vaker geschreven stellen de zwarte mannen het nut van het algemeen centraal. Het instellen en uitdelen van de zwarte kaart is hier een direct uitvloeisel van. Ja lezers, zwarte mannen nemen ook maatschappelijke stelling en verantwoordelijkheid. Zwarte mannen zijn geen mannen voor de zijlijn. Zij willen actief deelnemen aan het spel. Cynisme is ze vreemd. Ironie, dat dan weer wel. De zwarte kaart. Analoog aan het voetbal, maar dan een stap verder. Bovendien: de zwarte kaart geldt niet alleen voor het voetbal maar voor de hele santenmekraam. Zijn wij ombudsmannen. Nee! Wij zijn zwarte mannen. Wij maken een punt. Kijk niet vreemd op wanneer wij het komend seizoen op de tribune gaan voordragen uit het werk van Eduard Douwes Dekker. Waarheid en gezond verstand, hier blijven de zwarte mannen bij. Lees Bill's verwondering.


Er zijn mensen die zich doodergeren aan het lange gras langs de wegen in onze mooie provincie Groningen. Deze ietwat overgevoelige lieden worden bijkans gek van het alle kanten uit woekerende onkruid. Zij huiveren voor de schier ondoordringbare bossen van berenklauw die her en der spontaan ontstaan. En zij menen dat de rivieren, kanalen en maren die nu dichtslibben met torenhoog rietkraag onderhand beginnen te stinken als een ouderling in de kerk.

Gelukkig voor hen zijn ze niet alleen. Cynici staan hun bij.

De cynici beweren dat deze recente ontwikkeling vooral ingegeven is door motieven van kille kostenbesparing aan de zijde van de voor de ruimtelijke ordening verantwoordelijke Provinciale Staten. Dat dankzij het ontslaan van de mannen van de provinciale plantsoendienst nu eindelijk de felbegeerde iPads voor de Statenleden kunnen worden aangeschaft, zoals de cynici veronderstellen, is pure laster. Een laaghartige steek onder de gordel!
Diezelfde cynici laken de wetenschappers. Volgens de cynici bewijzen de wetenschappers alleen maar een laffe lippendienst aan de politici. Desalniettemin wordt de wetenschappelijke stelling, dat al deze onstuimige groei langs de Groninger land- en vaarwegen juist ten goede komt aan de lokale biotopen van insecten, amfibieën en ander ongedierte, door talloze onderzoeken gestaafd.

Maar wat willen de cynici (niet te verwarren met de ironici) dan wel?

Dat alles weer keurig netjes wordt?
Dat je op een lome dag je fiets tegen een boom kunt zetten en op het versgemaaide gras aan de waterkant kunt gaan zitten om al verpozend van het uitzicht te genieten.

O gruwel! O driewerf gruwel!

Keurig netjes? BAH!

En lome dagen? Welke lome dagen dan? Het is hartje zomer en buiten is het verdorie gewoon herfst!

NEE!

Een ZWARTE KAART voor deze cynici!

Want er kan juist nog meer worden gesneden in de kosten. Ook de laatste provinciale grasmaaier kan wel naar huis. We doen het helemaal niet meer. We laten het gras en het onkruid nog verder groeien, tot over de toppen van de bomen! En de bomen kunnen we ook laten staan, want we hebben allemaal iPads en kunnen vanaf nu prima zonder papier.

Tot in de hemel met al dat gras en onkruid!

En nog mooier: dankzij de compleet dichtgetrokken waterwegen hoeven we straks ook niet meer voor de brug te wachten op al die onzinnige pleziervaartuigen, die ons ’s zomers juist in de spits altijd maar weer weten op te houden.
En misschien – heel misschien – kunnen we straks de bruggen niet eens meer zien vanwege al het lange gras langs de weg.
En misschien kunnen we straks zelfs de weg niet meer zien.

Wow!

Dat zijn pas vergezichten die me nu al zwart voor ogen zien!


© Bill Mensema

Geen opmerkingen:

Een reactie posten