dinsdag 10 december 2013

Even een blokje om

De lucht is vettig. Het wordt kouder. De gordijnen dicht en de haard open. Tijd voor poëzie. Meer dan poëzie. 

Mensema toont in dit prozagedicht zijn liefde voor 'Even een straatje om’ van Rudy Carrell. Het is stiekem een van zijn lievelingsliedjes. 

Hoezo stiekem. Wij zwarte mannen houden niet van stiekem. Zuvere proat is ons motto. 'Guilty Pleasures' kennen wij niet.

Deze liefde stamt trouwens uit de tijd dat Mensema dacht dat hij later een heel normaal mens zou worden, met een gezin, een hond en stationwagen. Bill Burgerman, dat wilde hij graag worden. 

Wij hebben uit betrouwbare bron vernomen dat dit nog steeds het geval is.

Liefde roest niet.


Ik droomde dat ik je baasje was
Hoe we even een blokje om deden
Het laatste van de avond
Stoppen bij elke lantaarnpaal
ruiken wie er voor je was geweest
Ik wist dat je niet wilde dat ik keek
dus ik gluurde bij de buren
met hun doppinda’s en jenever
en ik guurde bij het weer
bij die frisse kou om onze neuzen
Een poepje en een plasje
Een baasje en zijn hond

Ik droomde dat ik je papa was
dat ik met jou achter in de tuin zat
waar jij je liet vallen in mijn armen
Ik droomde dat jij naar buiten rende
dat jij mijn been omklemde
als ik te lang van huis was weggeweest
Ik droomde dat ik je papa was
dat je op mijn schoot zat
en hardop je boekje las
dat de poes ondertussen
haar kop naast jouw hoofd legde
om mee te lezen
en de hond zijn poot
op de mijne

Ik droomde dat ik je man was
omdat ik altijd al wist dat jij het was
ook al wist ik jarenlang je naam niet
wist ik niet eens van je bestaan
Ik droomde dat je opgekruld naast me lag
te slapen in de auto
en de kinderen achterin
en de poot van de hond
op mijn schouder

Ik droomde dat ik een schrijver was

Een baasje en zijn hond
Even een blokje om
De laatste van de avond

© Bill Mensema

1 opmerking: