Zwarte man Bill heeft het over verbindende lijnen. De Langeleegte als stadion en meer. Wat de toekomst brenge moge?
Sinds het
faillissement van SC Veendam staat De Langeleegte leeg. Dit was niet de opzet
toen het in 1954 werd geopend, maar we kunnen niet om de feiten heen. De club
bestaat niet meer, maar het stadion staat er nog steeds. En het stadion is
leeg.
Een van de
mooiste, markantste stadions van het land staat nu ongebruikt in een verlaten
hoekje van de Parkstad. Zeker, het is niet perfect, state-of-the-art en
hypermodern zoals de Euroborg in Stad, de Arena in Amsterdam of het megalomane
megaproject dat straks in Rotterdam voor bijna een half miljard de Kuip gaat
vervangen. Het is een van de meest verafgelegen stadions in Nederland, waar
andere clubs jarenlang naartoe afreisden met een mengeling van wrevel over de
lange uren in de bus en huiver vanwege de angst inboezemende naam.
Maar
tegelijkertijd is het een van de weinige plekken in het land waar elke
wedstrijd een echte voetbalbeleving was, waar hele gezinnen op af kwamen, waar
moeke Alberts onbekommerd zat te schelden op de tribune, waar de kleine Oscar
zijn eigen, thuis gemaakte geelzwarte vlag zwaaide bij elk doelpunt (ook bij
eentje van de tegenstanders), waar je het gras in elke hoek kon ruiken, net
zoals het bloed, zweet en tranen van de spelers op het veld, waar Cijntje na
afloop geduldig handtekeningen bleef zetten.
Waar de
patat goed smaakte. Net als het bier. Waar supporters van Excelsior of De
Graafschap nadien gebroederlijk stonden te drinken met onze eigen hooligans.
Waar de hoge veldlampen nog een tijdje het inmiddels lege stadion in het licht bleven
zetten, voordat de nacht opnieuw zou vallen over de Veenkoloniƫn.
Waar we
soms het hart van De Langeleegte hoorden kloppen.
De
Langeleegte.
Net als
Leegkerk – een diep in het land verscholen gehucht vlakbij Hoogkerk – betekent
‘leeg’ in het Gronings niet ‘leeg’ maar ‘laag’. We zien deze betekenis ook
terug in de naam Leegwater.
Onze
Langeleegte is een lange laagte.
Onze
Langeleegte heeft een bezoekerscapaciteit van 6.500. Ik ken dat aantal. Ik ken
het van een concert dat Bob Dylan in 2008 in het Deense Odense gaf. Voor 6.499
Denen die daar op afkwamen. En ikzelf. Net als Bob ook een mannetje van het
lage land.
In de lange
duisternis begin ik weer punten te zien. Nu nog de verbindende lijnen trekken.
© Bill
Mensema
Geen opmerkingen:
Een reactie posten