woensdag 16 januari 2013

Toetsenbord

Zwarte man Bill was van de leg. Terecht want als je computer dood is, waar blijf je dan in deze moderne digitale tijd. Deze blog wekelijks stencilen is ook weer zo wat. Hoewel zwarte mannen het motto 'stilstand is voortuigang' omarmen zijn we blij dat we weer een wekelijkse bijdrage van heer Mensema hebben mogen ontvangen. 'The boys are back in town', want Bill is 'back in bussiness'.

Mijn pc is onlangs overleden, na 11 jaar trouwe dienst. Voor een mens stelt zo’n periode amper iets voor, voor een olifant is het de duur van een zwangerschap, maar voor een pc is het stokoud. Maar op het laatst ging het echt niet meer. Mijn pc begon van achteren te ratelen en elke keer als ik hem opstartte was het net alsof er een straaljager in mijn werkkamer opsteeg.
Dat mijn pc verder traag was in het dagelijks gebruik – niet echt toegesneden op de huidige software, ook al deed Windows XP het er nog prima op – dat kon me niet zoveel schelen. Games en razendsnel internetten, googelen en YouTuben, het kan me allemaal gestolen worden. Dat zijn zaken die voor jongere generaties van belang zijn. Mij maakt het geen moer uit. Ik ben er niet mee opgegroeid. Ik word er niet warm of koud van.
Eerlijk gezegd word ik dat ook niet echt van de laptop die nu mijn oude vertrouwde pc vervangen heeft. Weliswaar is die heel erg blits. Misschien zelfs totaal blits. Met Windows 7 (Windows 8 is nog een stap te ver) en Office 2013 erop.
Overigens: in mijn huidige Office Word verschijnen naast de rode streepjes voor de spellingsfouten in de tekst nu ook blauwe streepjes die iets zeggen over stijl. Zo is het hierboven gebruikte woord ‘razendsnel’ blijkbaar populair taalgebruik (boeien!) en de net gebezigde term ‘blits’ is volgens Office Word spreektaal (echt boeien!). Ik heb dat in vroegere versies van Office Word weleens uitgedaan. Het is immers een optie die je gewoon kunt uitvinken. Ik kan die optie op deze versie nog niet vinden, maar dat is een kwestie van tijd. Of van teit. Het is wat mij betreft een kwestie van TEIT en ik heb er geen modderfokker van een spellingschecker of taalsuggesteerder voor nodig om mij op dit soort onzin te wijzen.
Fokking Nazi’s!
(O, dat heb ik zo blijkbaar wel goed gespeld.)
Maar zelfs dat is voor mij niet echt een grote ergernis in de onvermijdelijke overgang van pc naar laptop. Wat het daarentegen wel is, is het toetsenbord. Ik word niet goed van het platte toetsenbord van mijn laptop. De toetsen zien eruit alsof je ze alleen met poezelige handjes kunt beroeren. Ik heb niets met zo’n subtiele toetsaanslag.
Het is nog niet zo erg als het toetsenbord van wat voor Apple pc dan ook, zo’n sexy design bord waarin de toetsen bijna plat zijn, waarin ze amper omhoogsteken, waarbij je het gevoel krijgt dat de ontwerper het toetsenbord het allerliefst zonder die vreselijke toetsen had gemaakt. Maar ook op mijn laptop gaat het nu hard die kant op.
In een tijd dat Six Words Stories en Twitter steeds populairder worden, is het wellicht logisch dat de fabrikanten verwachten dat we op termijn zelfs zonder toetsenborden zullen computeren. Maar ik doe daar niet aan mee. Ik kan niets leuks schrijven in 140 tekens en ik schrijf nauwelijks zinnen van zes woorden lang, laat staan dat ik ooit een verhaal van maximaal zes woorden zou kunnen (of willen) schrijven.
Ik wil gewoon typen.
Of tiepen.
Of tijpen.
Net zoals vroeger op de typemachine.
Of de tijpmachine.
Ik wil gewoon knallen met mijn vingers op de toetsen.
Ik wil dat die dingen bij elke aanslag diep naar beneden gaan. Dat ze kreunen onder de kracht van mijn vingertoppen. Dat ze sidderend elke volgende klap afwachten, om vervolgens een A, een B of een C op het beeldscherm te toveren.
Want als ik schrijf, dan wil ik dat voelen ook. Net als de toetsen op mijn toetsenbord. Ik ben namelijk een man. Ik ben een kerel. OK, ik kan geen kleppen in de motor van mijn auto bijstellen, of de lakverf op een kozijn wegbranden, maar ik kan wel een lekke band van de fiets plakken en ik kan ook een stuk schrijven. En als ik dat doe, dan wil ik dat weten ook. Ik heb steeds meer eelt op mijn ziel en ik kan hier en nu verklaren dat dat ook voor mijn vingertoppen geldt. Daar zitten stukken eelt op waar zelfs een vrouwtjesolifant na 11 jaar zwangerschap respect voor zou hebben.
En zo zit ik dan nu te werken op mijn nieuwe laptop, met maar liefst twee toetsenborden, met vóór het opengeslagen toetsenbord van de laptop het oude toetsenbord dat hoorde bij mijn pc. Want laatstgenoemde is het toetsenbord dat ik ook nu nog steeds gebruik. Mijn oude toetsenbord met daarop dikke, zware, ferm omhoog staande toetsen, met sigarettenas en koffievlekken erop, met onverklaarbare smoezelige vlekken die ik er zelfs met Cillit Bang niet meer af kan krijgen. En elke toets die ik aansla, dat gaat nog steeds met donderend geweld. Met testosteron. Met vloeken en zuchten.
Ook nu schrijf ik weer zoals ik altijd geschreven heb: rammend, ratelend, hamerend, stotend, knallend, dreunend, met alle lawaai die ik daarbij maar maken kan. Met een sigaret in de bek, een kop koffie ernaast. Schrijvend zoals God het bedoeld heeft.
Of Got.
Of Chod.

Boeien!

© Bill Mensema

1 opmerking: