donderdag 19 juli 2012

Een eekhoorntje in het gras

Zwarte man Sandman's verslag van een bezoek bij één van de grootste dichters van het land. (I.M. Rutger Kopland (1934-2012).

(foto: Jean Paul Yska)


Ik was te vroeg. Dat heb ik vaker. Bij een afspraak hou ik rekening met rampen en rellen, stoplichten op rood, open bruggen. Maar als er onderweg niks gebeurt, ben je te vroeg. Rutger Kopland deed verstoord open, was bezig zijn broek dicht te maken en mompelde iets van ‘we zijn zo klaar’.
Dat was nieuw. Meestal hoor je ‘geeft niets, kom vast binnen’, maar ik kon weer naar de auto. Aanleiding voor het vraaggesprek was zijn nieuwe en naar later zou blijken laatste bundel: Toen ik dit zag.
Ondanks de wat ongebruikelijke start was het een prettig gesprek. Hij oogde zoals altijd kwetsbaar. Ik had gehoord dat dat in werkelijkheid wel meeviel, maar oog in oog met hem kon ik me niet voorstellen dat hij een zin als ‘Wat is mij godverdomme overkomen?’ zou kunnen uitspreken. Maar dat kon hij wel.
Tijdens het interview keek ik vanuit mijn ooghoeken hoe het echtpaar Van den Hoofdakker woonde. Het was typisch een huis van oudere mensen. Overal boeken en spulletjes, een beetje rommelig, maar knus. Een beetje zoals in een sprookje. Zo had ik best willen wonen.
We gingen naar zijn werkkamer. Daar lagen de drukproeven van de nieuwe bundel. Terwijl de dichter zocht keek ik uit het raam. Want dit was niet zomaar een uitzicht. Dit was wat Rutger Kopland veertig jaar lang zag bij het schrijven. Dit uitzicht was mede verantwoordelijk voor veertien bundels en literaire onderscheidingen, waaronder de PC Hooft-prijs. Dat uitzicht, daar zat bijna copyright op.
Zo’n uitzicht had ik niet. Als ik thuis naar buiten keek, zag ik voorbijrazende tractoren.
Hij zag alleen maar groen, een grasveldje en daaromheen natuur. Het enige dat zou kunnen storen was het geluid van een trein in de verte. Maar een trein in de verte roept poëtische gedachten op, een langsjakkerende trekker niet.
Terwijl de dichter verder zocht, zag ik een eekhoorntje door het gras huppelen. Ja hoor, dacht ik, wrijf het er maar in.


Herman Sandman

Geen opmerkingen:

Een reactie posten